Het Verhaal der Sluitstenen
Wanneer de gelovige de kerk langs het linkerportaal betreedt, ontwaart hij op de sluitsteen van het eerste gewelf de hazelaar, het oorspronkelijke wapen van de stad Hasselt. Hierop volgt de naar rechts schrijdende beer van Beringen. De volgende sluitsteen toont het perron van Sint-Truiden. De sleutel en de burcht verwijzen wellicht naar Borgloon, gevolgd door het stadswapen van Tongeren. Met het wapen van het graafschap Loon en daarop dat van Luik, hoofdplaats van het prinsbisdom en residentie van de prinsbisschop, tevens graaf van Loon, wordt de reeks afgesloten. Men kan in deze opeenvolging van geselecteerde wapenschilden een bijna politiek programma herkennen van aardse verbondenheid.
Langs deze aardse wereldorde bereikt de gelovige in het koor de goddelijke orde, opgeroepen door de sluitstenen in het koor. Christus verschijnt er als Rechter bij het Laatste Oordeel, terwijl de andere sluitstenen elk een engel voorstellen, één met een bazuin in de hand, de ander met een hoorn. Zij zijn de aankondigers van de Dag der Opstanding. Gelouterd verlaat de gelovige langs de rechterbeuk de kerk, waar kosmische symbolen hem sterken in de hoop de eeuwige gelukzaligheid te kunnen binnentreden: de zon, de maan, de avond- en de morgenster. Op deze kosmische tekenen volgt het familiewapen van Jan van Horn, tijdens deze verbouwingsfase bisschop van Luik (1484-1505), gevolgd door het wapen van Hasselt, gedeeld met dat van Loon. Een kelk, geflankeerd door twee ampullen, markeert de weg naar de zelfheiliging, gezegend bij de uitgang door de sluitsteen met het wapen van paus Innocentius VIII (1484-1492).